Discriminatie op de woningmarkt landelijk groot probleem
Makelaars en bemiddelaars werken vaak mee aan het verzoek om bepaalde groepen uit te sluiten voor een huurwoning. Dit blijkt uit het eerste landelijk onderzoek naar discriminatie op de woningmarkt. Ook bij mystery calls worden woningzoekers met een buitenlands klinkende naam vaker afgewezen voor een huurhuis dan woningzoekers met een Nederlandse naam. Dit komt naar voren uit de landelijke monitor Discriminatie bij woningverhuur, die door Art.1/RADAR is opgesteld in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Voor minister Ollongren zijn de onderzoeksresultaten aanleiding om de aanpak tegen discriminatie op de woningmarkt verder te intensiveren. Minister Ollongren: “Dit onderzoek toont aan dat discriminatie op de woningmarkt in het hele land voorkomt. Het is niet alleen een probleem van de grote steden. Dat vind ik zeer alarmerend. Discriminatie is niet toegestaan en wordt niet getolereerd. Dat geldt zowel voor de verhuurbemiddelaars als voor de verhuurder die zijn woning openbaar aanbiedt. Daarom gaan we onze aanpak tegen discriminatie de komende tijd intensiveren.”
Minder kans op uitnodiging
De onderzoekers van Art.1/RADAR hebben de eerste stappen van het verhuurproces, zoals bemiddeling, bezichtiging en selectie onderzocht. Fictieve woningzoekenden reageerden op advertenties. De profielen van de woningzoekenden zijn nagenoeg identiek: alleen de naam verschilt. Deze klonk Nederlands, Pools of Marokkaans. Doel was om uitgenodigd te worden voor een bezichtiging. In totaal is 3.000 keer met deze onderzoeksprofielen gereageerd op aangeboden woningen door heel Nederland.
De resultaten laten zien dat kandidaat-huurders met een Pools of Marokkaans klinkende mannennaam minder kans hebben om uitgenodigd te worden voor een bezichtiging dan de personen met een Nederlands klinkende naam. Ook een vrouw met Marokkaans klinkende naam wordt minder vaak uitgenodigd.
Aanvullend zijn 105 mystery calls uitgevoerd. Een fictieve verhuurder verzocht makelaars tijdens deze calls om hun woning niet te verhuren aan allochtonen. Meer dan een derde van de makelaars stemt in met het verzoek bepaalde huurders uit te sluiten. Het merendeel gaat op een of andere wijze mee in het verzoek of legt de verantwoordelijk voor deze selectie bij de verhuurder. Slechts 15 makelaars (14 procent) geven aan niet mee te willen werken aan een dergelijk verzoek. In 9% van de gesprekken gaf de makelaar aan te selecteren op basis van andere criteria die mensen indirect kunnen uitsluiten (strenge selectie).
Intensiveren van de aanpak
De aanpak tegen discriminatie op de woningmarkt blijft de komende jaren volop nodig. Dit start met meer bewustwording en goede informatievoorziening. Bovendien krijgen gemeenten nieuw wettelijk instrumentarium en handhavingsmogelijkheden. Zo kunnen zij in de toekomst landelijk uniforme regels toepassen en onder voorwaarden een vergunning voor verhuurders instellen. Het tegengaan van discriminatie is een belangrijk onderdeel in de uitwerking daarvan. Resultaten uit de lopende pilots Utrecht en Rotterdam vormen input voor de aanpak. Ook wordt gekeken naar regels voor verhuurbemiddelaars, zodat de gehele keten wordt betrokken. Tot slot wordt het onderzoek met mystery calls en praktijktesten opnieuw uitgevoerd, om zicht te houden op de problematiek en omdat het zorgt voor meer bewustwording in de branche.