Speech minister De Jonge bij de Dag van de Volkshuisvesting: "We hebben de regie op de volkshuisvesting hernomen"
Lees hieronder de speech die minister Hugo de Jonge uitsprak* bij de opening van de Dag van de Volkshuisvesting op 20 november 2023.
*Het gesproken woord geldt
Welkom bij deze eerste Dag van de Volkshuisvesting. Een dag waarmee we willen uitstralen dat de volkshuisvesting terug van weggeweest is.
Een dag die mogelijk is gemaakt dankzij de samenwerking van heel veel partners. Aedes, Bouwend Nederland, Neprom, de Woonbond, NVDE, TKI Bouw en Techniek, IVBN, CBS, het Kadaster, de VNG, IPO, Valente, de Nederlandse GGZ en gemeente ’s-Hertogenbosch.
Iedereen hier heeft vrienden, familie, die ongetwijfeld de vraag stellen: waar kan ik nu en straks wonen? Ik denk dat het voelen van die urgentie alle deelnemers vandaag met elkaar verbindt.
Het is een spannend moment, de verkiezingen staan voor de deur. En hét belangrijkste thema is bestaanszekerheid. De basis van bestaanszekerheid is het hebben van een betaalbaar huis. Dat had de Grondwet goed gezien. Artikel 22: Bevordering van voldoende woongelegenheid is voorwerp van zorg der overheid. Taalkundig een matig artikel, maar inhoudelijk natuurlijk een van de kerntaken van de overheid.
Eerlijk is eerlijk: we hebben die opdracht de afgelopen 10 jaar maar matig waargemaakt. De woningnood zorgt er nu voor dat te veel levens in de pauzestand gaan. Dat je niet op kamers kunt. Dat je niet kunt starten. Dat je misschien wel terug thuis komt te wonen. Ik wil en ga het hier markeren: het schrappen van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu is een historische fout geweest.
Toen we in februari 2022 begonnen op het departement was daarom duidelijk dat het de komende jaren anders moet. De kern van onze taak is om met meer regie en meer tempo meer betaalbare woningen te bouwen. En om bestaande woningen versneld te verduurzamen, op zo’n manier dat iedereen hierin mee kan doen. Het fundament daartoe is gelegd. We hebben het ministerie van Volkshuisvesting & Ruimtelijke Ordening heropgericht binnen BZK.
We hebben de regie op de Volkshuisvesting hernomen. Zo hebben we met alle regio's afspraken gemaakt over hoeveel woningen er worden gebouwd, waar ze worden gebouwd en voor wie ze worden gebouwd. We hebben afspraken gemaakt dat tweederde van de woningen betaalbaar moet zijn en dat alle gemeenten toewerken naar 30% sociaal in de voorraden. Ook hebben we 17 grootschalige woningbouwlocaties aangewezen. We zien dat de ingeslagen weg de eerste vruchten afwerpt.
Op het gebied van betaalbaarheid hebben we een hele reeks aan maatregelen genomen die nu al effect hebben in de levens van mensen. 600 duizend huishoudens met een laag inkomen kregen een huurverlaging tot 575 euro. Voor nagenoeg alle 1,5 miljoen huurtoeslagontvangers is de huurtoeslag in 2023 verhoogd. En voor alle huurders is de maximale huurprijsstijging beperkt door deze te koppelen aan de loonontwikkeling in plaats van de inflatie. Zo weten we zeker dat mensen de stijging kunnen betalen. Maar we gaan hierop door. Daarom zetten we in op de Wet betaalbare huur, om ook de betaalbaarheid van middenhuurwoningen te verbeteren.
Op het gebied van verduurzaming is een enorme versnelling in gang gezet. Vorig jaar is het aantal woningen met een A-label met 200.000 toegenomen. Het aantal woningen met E-, F-, en G-labels is juist met zo’n 55.000 gedaald. Het aantal geïnstalleerde warmtepompen in de woningvoorraad is met ruim 100.000 gegroeid tot meer dan 400.000. Om dit uit te drukken in CO2 uitstoot: de uitstoot van de gebouwde omgeving is gedaald tot 19,6 megaton, een forse daling van 4,7 megaton in één jaar tijd. Daarmee komt de doelstelling van 13,2 megaton in 2030 steeds meer in zicht. We bouwen verder op dit fundament door met subsidies en leningen tegen lage rentes verduurzaming voor iedereen bereikbaar te maken.
En ten slotte op de woningbouw: we moesten 980.000 woningen bouwen t/m 2030. In 2022 zijn er 90.000 woningen gebouwd. Naar het zich laat aanzien zijn er ook dit jaar 90.000 woningen gebouwd. Dat betekent dat we 180.000 woningen gebouwd hebben en er nog 800.000 van de oorspronkelijke klus over zijn. Via de regionale versnellingstafels versnellen we plannen zoals een straatje erbij en het optoppen van bestaande woningen. En we stimuleren de bouw van verplaatsbare woningen, die snel en fabrieksmatig gebouwd kunnen worden. Hiervoor trekken we €300 miljoen uit. Maar we weten ook dat de opgave moeilijker is geworden vanwege de gestegen rente en gestegen bouwkosten. En groter vanwege de verwachte bevolkingsgroei. Daarom is het zaak snel te vergunnen wat op korte termijn gebouwd kan worden, en snel te bouwen wat al vergund is. Daarvoor is de SBI.
Met de Start Bouwimpuls trekken we vergunde projecten waar meteen gebouwd kan worden over de streep. Zo beperken we de dip in de woningbouw. Straks om 12 uur gaat die live. Maar ik verklap wel alvast dat 145 gemeenten een bijdrage ontvangen, zodat de bouw van bijna 31.500 nieuwe woningen versneld van start kan gaan. Vierentwintig projecten van de 362 projecten die een bijdrage krijgen, starten nog dit jaar. De rest gaat volgend jaar van start en de laatste volgen uiterlijk in 2025.
Voor heel veel problemen die we vandaag de dag zien, geldt dat het allerbeste moment om aan de oplossing te werken tien jaar geleden was geweest. Maar het een na beste moment is altijd nú. Daarom moeten we nú ons niet alleen verzekeren van voldoende bouwlocaties tot en met 2030, maar ook tot en met 2040, zodat we een continue bouwstroom houden. Daarom moeten we nú de wet regie op de volkshuisvesting ter hand nemen, zodat we doorzettingsmacht hebben om locaties aan te wijzen. Daarom moeten we nú werk maken van het verkorten van procedures. En daarom moeten we nú alle innovaties aangrijpen om sneller, goedkoper en duurzamer te bouwen. Of het nu gaat om biobased bouwen, het optoppen van woningen of het werken aan verplaatsbare woningen. Hier verderop staat het verplaatsbare straatje dat in 2-3 dagen is opgebouwd. EN: Het betekent dat we nú met de wet betaalbare huur onze huurders nog beter moeten beschermen.
Dictum C van de Raad van State. De Raad van State heeft een aantal zorgen bij het wetsvoorstel. Deze zorgen zijn prima te ondervangen. We gaan ermee aan de slag. Met de nieuwbouwopslag zorgen we ervoor dat het rendabel blijft om nieuwe middenhuurwoningen te bouwen. Begin januari zullen we de wet naar de Kamer sturen.
Het is goed om stil te staan bij waar we staan en hoe het gaat – en daarmee waar het naartoe moet en wat we van elkaar te verwachten hebben. De cijfers geven een beeld. Een ministerie dat regie voert is mooi. MAAR: uiteindelijk staan ministers niet op de steigers, en bouwen ministeries geen woningen. Dat doen jullie. Als we voor iedereen die betaalbare duurzame woning, die bloeiende gemeenschap willen realiseren, zullen we elkaar nodig hebben. We hebben de inzet van iedereen nodig. Van pensioenfondsen tot optoppers. Van bouwers tot ontwikkelaars. Van architecten tot investeerders. Van corporaties tot gemeenten. Van provincies tot al die innovatieve ondernemingen. Ik heb van een ieder de durf nodig om in te stappen, om mee te doen.
Ik rond af. Het fundament ligt er. Er is – als ik de verkiezingsdebatten van vandaag volg – brede consensus dat wat we doen de juiste koers is. Overal wordt het woningprobleem erkend, maar ook overal worden als oplossing die dingen genoemd die we al doen. Kortom: aan de uitgezette koers gaat weinig veranderen de komende jaren. Laten we daarom vandaag ons committeren aan de opdracht die voor ons ligt. Een opdracht om een betaalbaar huis voor iedereen haalbaar te maken. Laten we daarom samenwerken in een geest van solidariteit en gemeenschapszin, in het besef dat de volkshuisvesting terug is van weggeweest. Dankuwel.