Om meer balans in de woningvoorraad te brengen en te zorgen voor een eerlijker verdeling tussen gemeenten, is het streven dat twee derde van de nieuwbouw bestaat uit betaalbare woningen. Zowel koop als huur, voor middeninkomens en lagere inkomens.
Daarom zijn in de Woondeals afspraken gemaakt over de betaalbaarheid van de woningen. Het streven is dat vanaf 2025 tweederde van de woningen die gerealiseerd worden in het segment ‘betaalbaar’ valt. Dat zijn sociale huurwoningen (tot € 763,- per maand), middenhuurwoningen(tot € 1.000,- per maand) en betaalbare koopwoningen (tot € 355.000,-). Een belangrijk deel van alle betaalbare woningen gaat door corporaties gebouwd worden. In de woondeals worden ook afspraken vastgelegd over woningen voor verschillende aandachtsgroepen, zoals arbeidsmigranten, woonwagenbewoners of studenten. Elke regio vult dit in aan de hand van de lokale opgave. Daarnaast worden ook afspraken gemaakt over de bouw van flexwoningen, collectieve en nieuwe woonvormen.
Met de woondeals nemen Rijk, provincies, gemeente, marktpartijen en corporaties de regie op de volkshuisvesting. Dit is nodig om het woningtekort sneller in te lopen en de betaalbaarheid van woningen te verbeteren. In de afgelopen periode zijn er woondeals gesloten voor Noord-Holland Noord, Flevoland en MRA, Zuid-Holland, Utrecht en Amersfoort, Noord-Brabant, Groningen, Limburg, Gelderland, Zeeland, Drenthe en Overijssel.