Voor iedereen moet een duurzame woning binnen handbereik komen. Dat is goed voor het klimaat, voorkomt een hoge energierekening en maakt ons minder afhankelijk van aardgas. Om dit te realiseren zet het kabinet in op het aanpakken van alle slecht geïsoleerde woningen en gebouwen voor 2030. Er is daarbij speciale aandacht voor mensen met een kleine portemonnee, door nieuwe financieringsmogelijkheden wordt het ook voor hen mogelijk om hun woning betaalbaar te kunnen isoleren.
Er wordt met name ingezet op het besparen van energie en betere isolatie. Doel is om 2,5 miljoen woningen te isoleren tot en met 2030. Vervolg hierop is de overstap van het klimaatonvriendelijke aardgas naar duurzame en schone energie met (hybride) warmtepompen en duurzame warmtenetten. Het kabinet wil 1 miljoen warmtepompen voor 2030 installeren. Daarnaast komt er een bijmengverplichting voor groen gas.
Dat gaat niet in één keer, maar stap voor stap en op momenten dat het logisch is en voor iedereen haalbaar.
Actielijnen
Het programma Verduurzaming gebouwde omgeving zet in op vijf actielijnen.
Het kabinet gaat gemeenten en provincies compenseren voor hun uitvoeringskosten. Er komt een nationaal programma ter ondersteuning van de lokale warmtetransitie en er komt een helder wettelijk kader. Naast de nieuwe Warmtewet wordt er gewerkt aan de Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie.
Het kabinet wil woningeigenaren ontzorgen en verbetert de voorwaarden om mee te kunnen doen. Via aantrekkelijke energiebespaarleningen en -hypotheken en hogere subsidies. Ook wordt het mogelijk om voor één isolatiemaatregel subsidie te krijgen.
Ook huurwoningen worden verduurzaamd. Er komen normen en eisen voor verbetering van isolatie en aanpassen van verwarmingsinstallaties.
Ook utiliteitsgebouwen met slechte energielabels (E, F en G) worden aangepakt. Met een combinatie van subsidies, normering en ontzorging wordt de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed en kantoren versneld.
Aardgas wordt gedeeltelijk vervangen door groen gas. Door het bijmengen van groen gas wil het kabinet de ontwikkeling van duurzame bronnen stimuleren. Deze moeten in 2050 voldoende en betaalbaar beschikbaar zijn. Daarnaast worden de instrumenten en voorwaarden voor nieuwe infrastructuur (warmtenetten) gerealiseerd en wordt de productie van warmte via duurzame bronnen beter ondersteund en verder opgeschaald.
Tot slot wil het kabinet dat er innovatiever en duurzamer gebouwd en verbouwd gaat worden. Door de bouw te helpen om de kosten te verlagen, de productiviteit te verhogen en verduurzaming zo efficiënter te maken. Om dit mogelijk te maken stimuleert het kabinet innovatieve bouwmethoden en technieken en betere samenwerking binnen de sector. Daarbij zal de bouw ook meer natuurinclusief, emissievrij en circulair moeten gaan werken.