Voor veel mensen is het lastig om een woning te vinden die aansluit bij hun wensen en (financiële) mogelijkheden. Ook groeit het aantal huishoudens de komende jaren fors. Daarom moeten er snel meer woningen bij komen. Het programma Woningbouw zet in op de bouw van 900.000 woningen tot en met 2030 en een groei van de bouwproductie naar 100.000 woningen per jaar in deze kabinetsperiode.
Om dat te realiseren neemt het Rijk de regie op de volkshuisvesting en de woningbouw. Er worden prestatieafspraken gemaakt met mede-overheden en corporaties. Nieuwe woondeals worden afgesloten in de regio. Dit zorgt voor meer inzicht en sturing op wat gebouwd wordt op welke plek: passend bij de woonwensen en –behoeftes van mensen. Het streven is dat ten minste twee derde van de nieuwbouwwoningen betaalbare huur- en koopwoningen zijn.
Actielijnen
Het programma Woningbouw bestaat uit vier actielijnen.
Alle gemeenten, provincies, corporaties en het Rijk nemen hun deel van de taak en verantwoordelijkheid voor voldoende betaalbare woningen, de groei naar 100.000 nieuwbouwwoningen per jaar in deze kabinetsperiode en de bouw van 900.000 woningen tot en met 2030.
Het proces van het realiseren van een woning wordt ingekort en efficiënter. Knelpunten in het bouwproces worden beperkt, onder meer door ondersteuning van gemeenten (via flexpools) en meer regionale samenwerking.
Gemeenten worden zowel financieel als met hulp bij specifieke oplossingen ondersteund. Bijvoorbeeld via de Woningbouwimpuls en met flex- en transformatiewoningen. Zo kunnen onhaalbare projecten wel mogelijk worden gemaakt.
Extra inzet in die gebieden waar het woningtekort het grootst is en waar kleine en middelgrote locaties onvoldoende goede betaalbare woningen opleveren. Deze grootschalige woningbouw draagt flink bij aan de realisatie van 900.000 woningen tot en met 2030. Ook zorgt ook dit voor langjarige zekerheid en continuïteit van de bouwproductie.
Er komt meer inzicht in de programmering en voortgang van woningbouw, onder meer via dashboard woningbouw en door twee keer per jaar te rapporteren. Ook het juridisch instrumentarium wordt bijgewerkt om zo nodig te kunnen bijsturen.