Flexibeler bestemmingsplan en kortere procedures: stimulans voor 7500 woningen
Meerdere gemeenten kunnen voor woningbouwprojecten gebruik gaan maken van de voordelen die de Omgevingswet vanaf 1 januari 2024 gaat bieden. Met de toegestane experimenten onder de Crisis- en herstelwet kunnen in deze tranche op z’n minstens 7500 (flex)woningen sneller en gemakkelijker worden gerealiseerd. Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening) heeft de gehonoreerde aanvragen vandaag in de Staatscourant gepubliceerd.
Flexibeler bestemmingsplan
De gemeenten Rotterdam en Nijmegen kunnen elk in twee gebieden voor minstens 6585 woningen gaan werken met het zogeheten bestemmingsplan met verbrede reikwijdte. Dit type bestemmingsplan is te vergelijken met het omgevingsplan dat met de aanstaande Omgevingswet wordt geïntroduceerd. Het omgevingsplan is flexibel en stimuleert een meer organische gebiedsontwikkeling. Anders dan in het bestemmingsplan kunnen gemeenten aan meer thema’s binnen de fysieke leefomgeving aandacht besteden. Bijvoorbeeld milieu, veiligheid en gezondheid.
Tijdswinst flexwoningen
Voor flexwoningen biedt de Crisis- en herstelwet vooruitlopend op de Omgevingswet de mogelijkheid om bij het verlenen van een omgevingsvergunning af te zien van een uitgebreide voorbereidingsprocedure. Dit levert een tijdswinst op van minimaal 12 weken. Aanvragen - goed voor minstens 1.010 flex- en transformatiewoningen - zijn gehonoreerd voor de gemeenten Borsele, Boxtel, Deventer, Hellendoorn, Ouder-Amstel, Reimerswaal en Sint-Michelsgestel.
Meer aanbod sociale koop
De Crisis- en herstelwet maakt het ook mogelijk dat gemeenten sociale koopwoningen kunnen bouwen tot aan de hogere kostengrens van de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) in plaats van de nu geldende bovengrens van 200.000 euro. De gemeenten Maastricht en Voorschoten kunnen hier mee aan de slag. Beide gemeenten kunnen nu gerichter sociale koopwoningen bouwen voor starters en mensen met een middeninkomen. Op dit moment worden nieuwe aanvragen van meerdere gemeenten beoordeeld. Minister De Jonge verwacht voor het reces een nieuwe ‘tranche’ te publiceren.